zaterdag 2 januari 2021

Frank Herbert – Dune (MSF 70)

Elders heb ik op een blog wat geschreven over het door Covid-19 geïnstigeerde herlezen van invloedrijke boeken uit mijn jeugd. Men leze daarover hier, en hier. Dit korte artikel zou net zo makkelijk in die reeks geplaatst kunnen zijn, maar omdat dit boek daadwerkelijk deel 70 van de sciencefictionreeks van Meulenhoff is, toch maar hier.
Zoals de lezer ondertussen weet, lees ik de M=SF-reeks in principe alleen tijdens mijn forensen van Haarlem naar Den Haag en terug. Door omstandigheden buiten onze controle is het daarvan sedert 17 maart jongsleden niet meer gekomen. Ik was een paar honderd moeizame bladzijden doorgedrongen in het eerste epos van Duin toen plotseling de reisrestricties van kracht werden en sedertdien werk ik, zoals zovelen thuis.
In het begin keek ik helemaal niet om naar Duin. Ik ging ervan uit dat de restricties een paar weken, misschien anderhalve maand zouden duren en dat ik daarna wel weer op mijn vaste plaatsje in de intercity van 06:37 terecht zou komen, dapper doorlezend. Maar het ging helemaal anders en nog steeds heb ik geen teen gezet in het ’s Graeven Haeghjen.
Dus op een bepaald moment heb ik besloten om dit boek dan maar thuis uit te gaan lezen voor het slapen gaan. Het is me, moet ik eerlijk bekennen, niet gelukt. Het slapen gaan wel, en daar zit hem meteen het probleem.
Ik heb dit boek eerder gelezen, lang geleden, toen ik nog geen twintig was. Ik vond het toen… wel goed. Mwa. Ja, wel aardig. Niet fantastisch, zeker niet. Een beetje oké.
Nu, 45 jaar later herlees ik het en ik begrijp niets van dat oordeel. Ik val compleet om van verveling. Wat is dit een saai boek zeg! Waren we toen we jong waren zo hongerig naar boeken dat we alles oppeuzelden wat ons aangeboden werd? Of hadden we toen eenvoudigweg een betere, minder luie smaak dan nu? Het is een vraag die ik me veel vaker stel en een bevredigend antwoord erop heb ik nog steeds niet gevonden. Laten we het er als werkhypothese maar op houden dat ik nu, 64, een zure scherprechter ben geworden.

Here Jezus, wat een onvoorstelbaar vervelend stuk ellende is dit boek. Doorheen het lijvige pak papier is geen enkele spannende plot aan te wijzen. Als er al iets van intrige gesuggereerd wordt, wordt dat direct opgelost. Bijvoorbeeld: er is een verrader in de hofhouding van de held (ik ben even zijn naam kwijt, hoewel ik dus honderden bladzijden over hem gelezen heb), maar om mij volstrekt onduidelijke redenen verklapt de schrijver meteen wie die verrader is, iets dat de hoofdpersoon zelf dan nog niet weet. En zo gaat het verder.
Frank Herbert
Herbert heeft ampel geleend van de islamitische cultuur en in feite zou dat hele Duin, op de grote enge wormen na, net zo goed in Saoedi Arabië kunnen spelen. Er gebeurt weinig, en wat er gebeurt, gebeurt volgens formele sharia-achtige, sociologische wetten, waaraan iedereen onderhevig is. Honderden bladzijden lang.
De boef is onsympathiek en oninteressant, de held en zijn moeder zijn onsympathiek en oninteressant, en ik zat ondertussen uit te kijken naar het volgende Meulenhoff-deeltje, welk dat dan ook moge zijn, alles beter dan dit.
Dus heb ik, wetende dat dit slechts het eerste deel is van wat uiteindelijk als ik goed geteld heb 22 delen moet gaan omvatten, de beslissing genomen te stoppen. Een leven is te kort voor dit soort dingen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten