De Dirdir is het derde deel
van het Tschai-vierluik. Eerder verschenen Een stad vol Chasch en Onder de Wankh. De lotgevallen van Adam Reith op de waanzinnige planeet Tschai
nemen een vervolg. Bijgestaan door zijn twee vrienden Traz en Anacho blijft hij
proberen een ruimteschip te kopen of te bouwen om terug te kunnen keren naar de
Aarde.
Dit deel is vertaald door Warner Flamen,
en dat is een pseudoniem van de eindredacteur van de hele reeks: Mark
Carpentier Alting. Dat is, naar M=SF-maatstaven, redelijk gedaan. Vance’s
vlotte en organische stijl leent zich wel voor soepele en smeuïge vertalingen.
Dit deel brengt de drie vrienden naar de
stad Vervodei, waar een ruimtebasis en een uitgebreide onderwereld te vinden
is. Vele soorten mensen bewonen de stad, die gecontroleerd wordt vanuit Hei,
een zuivere Dirdirstad. In Vervodei is alle te koop, als je maar geld hebt. En
dat is het probleem van Adam Reth: hij is bankroet. Uiteindelijk komen ze aan
fondsen door in het bij gelukzoekers geliefde niemandsland Carabas op Dirdir te
gaan jagen. Met ongeveer tweehonderdtwintigduizend sequijnen hoopt hij een
ruimteschip te zullen kunnen gaan bouwen. Daartoe gaat hij in zee met de
immorele boef Aila Woudiver, een meedogenloze opportunist die zichzelf
beschouwt als een dirdirman en dus gemene zaak speelt met de Dirdir.
Uiteindelijk worden de drie reizigers natuurlijk verraden en dreigt er een
pijnlijke dood in een Dirdir sportpaleis. Alle rampspoed wordt evenwel
afgewend, vooral door Reith’s astute inzicht in Dirdir psychologie en
wettenstelsel. Aan het eind van het boek is Woudiver in hun macht en wordt de
constructie van het ruimteschip hervat.
Jack Vance |
Ook dit deel munt weer uit in wat de
Amerikaanse critici zo heel fraai planetbuilding noemen. Met veel
aandacht voor details weet Vance de enorme rommelzooi van zes duidelijk van
elkaar verschillende intelligente rassen op één planeet op bijna achteloze
wijze helder uit elkaar te houden. Nooit slaat de wanhoop toe die slecht
geplotte boeken in ons oproepen. Ook op het gebied van de verdere inkleuring
van deze vreemde plaats staat Vance met opvallend gemak zijn mannetje. Smaken,
stoffen en geuren schudt hij uit de mouw alsof hij geboren en getogen is op
Tschai.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten