Het in 1957 bij Scribner uitgegeven en in
1973 in het Nederlands met de nogal lamlendige titel Zwerftocht tussen de sterren bij Meulenhoff verschenen Citizen of the Galaxy is een beetje
vreemd boek geworden. Daar zullen we later op ingaan. De vertaling door Mieke
Groot, deze keer weer eens onder de naam Walter B. Relsky, begint best
redelijk, maar wordt allengs minder. De roman wordt beschouwd als een der
jeugdwerken van Heinlein, hoewel een voldragen klassieker als Stranger in a Strange Land al vier jaar
later verscheen. Toch is er wel iets voor die betiteling te zeggen.
Het verhaal leest een beetje als een
voorloper van The Empire Strikes Back, het eerste Star Wars deel: een mengeling
van Dickens en sciencefiction. Thorby is een slavenjongen die in Jubbulpore, de
hoofdstad van de planeet Jubbul, voor een paar stuivers door de oude, manke
bedelaar Baslim wordt gekocht en opgevoed. De bedelaar blijkt een belangrijk
man te zijn geweest en Thorby krijgt van hem opdracht om na Baslims dood de planeet
te ontvluchten. Hij monstert aan bij het sterrenschip Sisu, waar hij in de
familie wordt opgenomen. Hij maakt zich nuttig als boordschutter, maar moet verder,
wordt overgedragen aan een kruiser van de Terraanse Hegemonie en belandt
daardoor uiteindelijk op de Aarde, waar hij ontdekt Thor Bradley Rudbek te
zijn, als kind ontvoerd door slavenhalers die meteen zijn ouders ombrachten. Na
juridische gevechten om de beschikking over zijn geld en macht besluit hij een
einde te gaan maken aan de slavenhandel die, zo ontdekt hij, voor een flink
deel gefinancierd werd door zijn eigen Rudbek maatschappij.
De eerste tachtig van de bijna driehonderd
pagina’s leest als een traditioneel tovenaars en bedelaarsboek à la Jack Vance,
maar dan zonder diens kleurrijke raffinement. Het was haast alsof ik een roman
voor Young Adults zat te lezen! Pas
daarna, als onze protagonist eenmaal van de planeet af is en in een
(Finstalige) ruimtegemeenschap opgenomen is, begint de stijl van Heinlein nu en
dan op de voorgrond te treden, hoewel Vance nooit helemaal verdwijnen zal.
Het verhaal is strikt lineair en tamelijk
mat: de spanningsboog is permanent een beetje slap gespannen. Er zijn geen
grote conflicten, er zijn geen grote gevaren, en hoewel er nogal wat sterke
vrouwen in het verhaal voorkomen, is er geen spoortje van love-interest (Thorby is volslagen geslachtloos). De
plotontwikkeling is voorspelbaar en braaf.
Robert A. Heinlein |
Toch is er iets heel vreemds aan de hand
met deze roman. Het laatste deel, de beschrijving van Thorby’s juridische
strijd, is zodanig snel en afgeraffeld beschreven dat het meer aan een synopsis
van een roman doet denken dan aan een echte roman. Die laatste dertig pagina’s
zouden er minstens honderddertig hebben moeten zijn om iets van dat
afgeraffelde gevoel kwijt te raken. Tegelijkertijd is het goed te verdedigen
dat een knus, buikig verhaal als het onderhavige niet gebaat is met nog eens
zoveel pagina’s. Een soort dilemma dus.
Hoe dan ook is het einde, zoals het nu
gepubliceerd is, ongehoord onbevredigend. Veel critici op GoodRead vertellen
dan ook hoe ze van een aanvankelijke drie sterren (op een schaal van vijf) uiteindelijk
zakten naar toch maar slechts twee. Ik ben het daar volledig mee eens. Wat is
dat voor vreemd aankoopbeleid geweest van Meulenhoff? Twee toppers (Pad van roem en De maan in opstand) tegenover twee derderangs
boekjes (Verdwaald tussen sterren en nu dan dus Zwerftocht tussen de sterren). Had het
strikt met beschikbaarheid te maken? Feit is dat Bruna zich in die periode met
de betere werken van Heinlein uit de voeten wist te maken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten